Deze vrouwen verdedigen hun dorp tegen de PKK

Turks.nl Redactie

Als reactie op de PKK-terreur in het zuidoosten van Turkije, werden enkele decennia geleden dorpswachters in het leven geroepen.

Deze dorpswachters zijn voornamelijk mannen die hun dorp verdedigen tegen de terreur van PKK, gesteund door de Turkse overheid met wapens en geld. De dorpswachters hebben een nauwe samenwerking met de veiligheidsdiensten in het gebied. Vaak voeren ze operaties uit met het leger of de gendarmerie.

De 20-jarige dames, Hilal Biçer en Sümeyra Karabulut uit Elazığ, namen de taken van hun gepensioneerde vaders over. Dit is hun verhaal.

“Eerst was ik nog bang om een geweer te dragen, maar sinds ik dit doe, zie ik dat het heel anders is”, zegt Biçer. Nadat haar aanmelding was geaccepteerd, werd Biçer opgeroepen voor de opleiding. ”Bij de opleiding hadden we natuurlijk meer moeite dan de mannen. We hebben geleden, opgedrukt, we zijn in het landschap getrokken en hebben schietoefeningen gedaan. We denken dat we iets mooi hebben overgehouden aan de opleiding. Samen met onze mannelijke collega’s gaan we op patrouille. We zijn hier om te laten zien dat de verdediging van ons land niet enkel toebehoort aan mannen”, zegt Biçer in een interview met Anadolu Agency.

Karabulut maakte de droom van haar vader werkelijkheid. Hij wilde dat ten minste één van zijn kinderen dorpswachter zou worden. Ze meldde zich, zonder haar vader erover in te lichten, aan bij de opleiding voor dorpswachters. ”Mijn broers en zussen hebben allemaal andere banen. Ik wilde deze baan, ik wilde dorpswachter worden. Toen ik te horen kreeg dat ik was aangenomen, vertelde ik het mijn vader”, zegt Karabulut.

Yılmaz Üner, hoofd van het team waar Biçer en Karabulut in zitten, laat weten dat hun team versterkt is met nieuwe en jonge dorpswachters. Hij is blij dat de kinderen van gepensioneerde dorpswachters, het overnemen van hun ouders. ”Ook zusjes doen dit. We zijn trots op onze vrouwelijke dorpswachters. Ik geloof erin dat een vrouw alles kan doen, wat een man ook kan”, zegt Üner.