Nederlands als stemmentrekker?

Inmiddels woon ik tien jaar in Nederland, en telkens als er verkiezingen zijn zie ik dat de discussies rondom de taal oplaaien. In de tussentijd is het helemaal niets veranderd. Of het nou gaat om verkiezingsposters in een andere taal dan het Nederlands of her en der uitgesproken meningen over het korten op uitkering als men de taal niet machtig is of de debatten rondom integratie van met name niet-Westerse allochtonen hier, het gaat rond verkiezingstijd om het Nederlands. Al een paar dagen heeft VVD een poster in Rotterdam hangen met de tekst ” In Rotterdam spreken we Nederlands”.  Voor mij is het al langer bekend dat VVD de plaats van PVV wil innemen, maar dit slogan is uitermate merkwaardig.
Turks.nl Redactie

Met name omdat juist VVD  met kabinet Rutte I  het fundament heeft gelegd voor een zware immigratie-en integratiebeleid wat in vele opzichten in strijd was met de Europese wetgeving. Wellicht is het bij sommige lezers ook wel bekend dat juist het kabinet Rutte I met toenmalige minister Leers  een wetsvoorstel had aangenomen om bijvoorbeeld erkende vluchtelingen zelf te laten betalen voor hun taalcursussen in plaats van die door de gemeente te laten vergoeden wat afgelopen jaren wel het geval was. Daarmee was de toon zelfs toen al aangezet voor deze jaren: ” De staat is tegen de integratie”

Dat je je onderdanen aanspoort om het Nederlands te leren is toe te juichen, maar de wijze waarop dit gedaan wordt doet me meteen denken aan de PVV-mentaliteit van ” Nederland achter de dijken”.  Anno 2014 is dit een achterhaald idee. Vooral in een stad waar onder andere zakenlui van de hele wereld bij elkaar komen. Zij spreken geen woord Nederlands. Moeten ze ook het land uit?

De aanname van VVD in Rotterdam is zo zinloos dat er niet veel over te schrijven valt. Maar telkens als ik de verhitte discussies zie denk ik terug aan mijn tijd bij de Universiteit van Amsterdam als student. Met mijn groepsgenoten moesten we een academisch onderzoek doen naar de bezuinigingen in kunst-en cultuur sector. Alle partijen in de Tweede Kamer hadden wel iemand bereid gevonden om door ons te worden geïnterviewd over hun visie op die bezuinigingen.

Alleen de PVV  deed niet mee. Dat mogen zij zelf bepalen, zou je zeggen. Helemaal mee eens. Maar het antwoord wat we kregen van Martin Bosma (Tweede Kamerlid en trouwe volgeling van Wilders) sprak boekdelen: ” Tijd, nog zin”.  Het begint met de taal, maar ook bij jezelf. Het zou ook heel fijn zijn als men in de Tweede Kamer ook fatsoenlijk Nederland zou praten.