In de tijd van Süleyman de Grote werd koffie haram verklaard

Bronnen vertellen ons dat wij, Turken, aan het begin van de zestiende eeuw kennis hebben gemaakt met koffie. Na de verovering van Egypte door Selim I (Yavuz Sultan Selim) zien we dat koffie langzaam door het rijk werd verspreid. Tot aan onze kennismaking met thee in de negentiende eeuw, was koffie de belangrijkste dagelijkse drank binnen de Devlet-i Aliyye, zoals de Ottomanen hun rijk noemden.
Mustafa Sezgin

De integratie van koffie bij Turken ging niet zonder slag of stoot. Tijdens de regeerperiode van Süleyman de Grote (Kanunî) werden de eerste koffiehuizen geopend in Istanbul en begon koffie zichtbaar te worden in het dagelijkse leven (rond 1555). Toen begonnen de discussies over de effecten van koffie op de gezondheid en of het wel toegestaan was volgens de Islam, omdat het verslavend zou zijn.

Kanunî’s dokter, Mehmed Bedreddin Kosonî, adviseerde koffie met mate te drinken. Dan zou het juist gezond zijn. Ondanks de uitspraak van de dokter dachten toenmalige Islamgeleerden er anders over.

Fatwa
In de zestiende eeuw gaven twee Sjeikh ul-Islams een fatwa (Islamitisch advies) over koffie. De Sjeikh ul-Islam was de hoogste Islamitische autoriteit binnen het rijk. De eerste die een fatwa uitbracht was de bekende Islamgeleerde Ebussuud Efendi, de Sjeikh ul-Islam onder Süleyman de Grote.

De vraag die gesteld werd aan Ebussuud Efendi over koffie was als volgt:
“Zeyd, mütâla’aya kuvvet için yâhud hazm-i ta’âm için kahve içse helâl olur mu?”
Vertaald: Is het halal als men koffie drinkt om de geest of de vertering te stimuleren?

Zijn antwoord:
“Feseka, âlet-i lehv ü fücûr ile içtikleri mekrûhu, adam ist’mâl mi eder?”

Vertaald: Waarom zou je dat walgelijke spul willen benutten, wat zondaars en opruiers drinken tijdens het feesten en het spelen van spellen?

De fatwa van Ebussuud Efendi had dus niet te maken met het verslavend effect van koffie of de effecten op de gezondheid. Dat zien we aan zijn antwoord. Het ging er om door wie het vaak werd genuttigd. Koffie was een populaire warme drank onder bezoekers van koffiehuizen, die het dronken na het nuttigen van alcohol en tijdens het spelen van bordspellen, wat toen als ongepast werd beschouwd destijds. Samen met deze fatwa werden de koffiehuizen gesloten in 1568 omdat ze steeds meer begonnen te lijken op de Meyhane’s (drankhuizen). Ondanks het verbod telde Istanbul rond die tijd zo’n 600 kleine en grote koffiehuizen en koffiewinkels.

Koffieliefhebbers moesten na de dood van Ebussuud Efendi zo’n 20 jaar wachten voordat ze in volle vrijheid mochten genieten van hun favoriete drank. Bostanzâde Mehmed Efendi, die de Sjeikh ul-Islam was tussen 1589 en 1598, gaf in 1592 een uitgebreide fatwa waarin hij de voordelen van koffie beschreef en daarmee koffie weer als halal verklaarde.

Murat IV: Een streng verbod op koffiehuizen
Het meest scherpe verbod op koffie, maar ook op drank, zien we in de tijd van Sultan Murat IV (periode 1623 tot 1640). Na een brand die een belangrijk deel van Istanbul verwoestte, was hij ervan overtuigd dat de brand werd veroorzaakt door bezoekers van koffiehuizen die tabak rookten. Hij legde een verbod op alle koffiehuizen in het hele rijk. Alleen al in de wijk Eyüp van de hoofdstad werden 120 koffiehuizen gesloopt. Maar ook dat was een politiek besluit: koffiehuizen waren ontmoetingsplaatsen voor opstandelingen en opruiers die het rijk onstabiel maakten. Hieraan wilde Murat IV een einde maken: met succes. Het verbod werd overigens later door Mehmed IV teruggedraaid.

Bronnen:
1. Ertuğrul Düzdağ, 1972. Ebussuud Efendi Fetvalari, ISBN 978-605-5257-06-4
2. Türkiye Diyanet Vakfı İslam Ansiklopedisi. Kahve.